Cricket

Cricket is een balsport waarbij punten worden gescoord door heen en weer te lopen over de cricket pitch (een run).
lopen
Tijdens een schoolwedstrijd wordt er een run gelopen

Het is een teamsport waarin om beurt het ene team eerst gooit (bowling) en het andere team slaat (batting). Afhankelijk van de soort wedstrijd speelt men tot een afgesproken aantal overs of wickets. Als beide teams geslagen en gebowld hebben is het team met de meeste runs de winnaar.
Cricket is voornamelijk populair in de landen van het Britse Gemenebest. Het is na voetbal de populairste sport ter wereld, voornamelijk door de vele fans op het Indiaas Subcontinent.

Het veld
Het cricketveld is ovaalvormig en wordt afgebakend door een polsdik touw dat in het gras ligt. Verplichte afmetingen voor het veld zijn niet vastgesteld maar een doorsnede van ongeveer 150 meter is gebruikelijk. In principe dienen zich op het veld niet te veel obstakels te bevinden – een of twee bomen is geen bezwaar, maar deze worden zeker voor internationale wedstrijden vermeden. Twee jaar terug waren wij op Sri Lanka getuige van een cricket wedstrijd, waar aan de zijkant van het veld 2 koeien liepen !!
koegeslagen
Een koe graast op het speelveld

In het midden van het veld is er geen gras, of heel kort gras in een rechthoek. Die zone heet de pitch. Aan de korte zijden van de pitch bevinden zich kniehoge houten constructies, die worden de wickets genoemd. Het geheel van wickets en pitch wordt de wicket genoemd. Het grootste deel van het spel speelt zich op en bij de wicket af. De wickets bestaan uit drie rechtopstaande paaltjes die met zodanige tussenruimte op een rijtje zijn gezet dat de bal er niet tussen door kan. De paaltjes heten stumps. De toppen van de stumps worden overbrugd door twee kleine houtjes die bails worden genoemd. De zo ontstane constructie is zo instabiel dat de bails al bij een geringe aanraking van het wicket op de grond vallen.

Het spelverloop
Het spel verloopt in slagbeurten (“innings”). In de meeste wedstrijden heeft elk team een slagbeurt. Elke slagbeurt duurt totdat 10 van de 11 slagmensen (“batsman”) uit zijn, of het maximum aantal gebowlde ballen is bereikt. Een groepje van zes correct gebowlde ballen is een over. De bowler is degene die de ballen gooit. Zij hebben beiden een slaghout: bat (meestal gemaakt uit wilgenhout) en beschikken over de nodige lichaamsbescherming tegen de harde bal die naar hen gebowld wordt.In de belangrijke eendaagswedstrijden(“one day matches”) krijgt ieder team een slagbeurt van 50 overs (dus 300 ballen).

Het team dat eerst moet fielden en bowlen, stelt alle 11 man op het veld. Een van hen is de wicketkeeper, een andere speler van het bowling team is de bowler. De bowler is de man die de bal gooit naar de slagman. De bowler gooit 6 maal (correct) richting slagman, deze serie van 6 wordt een “over” genoemd. Na een over wisselt men van kant waar men gooit en moet het bowling team een nieuwe bowler aanduiden. Nadat iemand anders gebowled heeft, kan men weer bowlen. Een team heeft dus meerdere bowlers nodig, ook heeft men verschillende types bowlers (snelle en spin bowlers). In een team zijn meestal 4 tot 5 goede bowlers in huis, die elkaar afwisselen, afhankelijk van de tactiek.

De taak van de slagmannen is om zoveel mogelijk runs te scoren. Ze doen dit door de bal te slaan en naar elkaars wicket te lopen. Dan hebben ze een run, ze kunnen stoppen met lopen of opnieuw de oversteek wagen om twee of meer runs te scoren. Indien de bal zo geslagen wordt dat die over de grond het speelveld uitrolt, dan scoort de slagman 4 runs (een boundary four). Slaat hij de bal op een manier dat die uit het veld vliegt zonder de grond te raken dan worden 6 runs toegekend. Een batsman kan op verschillende manieren uit gaan:

-gevangen (catch): een slagman is uit als de bal die hij wegslaat, voor die de grond raakt, gevangen wordt door een fielder (meest voorkomend)

-uitgegooid (bowled): de bowler gooit de slagman uit door de bal tegen de wickets aan te gooien (vaak voorkomend)

-uitgelopen (run out): een speler die niet op tijd “in” is (over de witte lijn voor zijn wicket) op het moment dat het wicket waar hij naartoe loopt wordt opgegooid. (in korte wedstrijdformules vaak voorkomend)

-wicket raken (hit wicket): een slagman die zijn wicket aanraakt en de bails laat vallen is uit. Deze regel is niet van toepassing indien dit gebeurt omdat hij wegspringt voor een bal die op zijn lichaam afkomt of om te voorkomen dat hij uitgelopen wordt

Als een batsman uit is, wordt hij vervangen door een ploegmaat. Als er 10 van de 11 batsmen uit zijn, is de slagbeurt afgelopen (de laatste overgebleven batsman heeft immers geen partner meer om runs te lopen). Het team dat als eerste bowlde komt nu aan slag om te trachten het totaal gescoorde runs van de eerste ploeg aan slag, te verbeteren. De wedstrijd eindigt als ook het tweede team klaar is met zijn slagbeurt, of op het moment dat het tweede team meer runs heeft gescoord dan het eerste team.

school cricket2 langsspoor
Cricket wordt in Sri Lanka overal gespeeld